18 Emergie

dit is een persoonlijke samenvatting

Emergie

Emergie is een maat voor de totale hoeveelheid beschikbare energie uit zonnestraling, zwaartekrachtpotentieel en diepe aardwarmte, die het de biosfeer mogelijk maakt zich te ontwikkelen en te opereren door materie- en informatiecycli te ondersteunen.

Systemen houden zich – door middel van kringlopen- ver van het thermodynamisch evenwicht adaptief (= aangepast ) en vitaal in stand. Een voorbeeld is de koolstofcyclus: bomen genereren bladeren uit kooldioxide door middel van fotosynthese, dode bladeren worden afgebroken in de grond en genereren humus, die op haar beurt wordt omgezet voor en door micro-organismen en uiteindelijk weer CO2 wordt.

Er is sprake van kringlopen voor water, stikstof, fosfor en alle onderdelen van ecosystemen, op alle schalen en omzettijden. Emergie is geen energie, maar omvat, energie- en mineralenhulpbronnen, tijd en ecosysteemdiensten.
Ecosystemen, ondersteund door deze drijvende milieukrachten, bieden direct diensten aan alle soorten van leven en dragen ook bij aan hulpbronnenopslag voor toekomstig gebruik.

  1. En wel in twee soorten.
    De traag-hernieuwbare opslag, zoals grondwater, de bodem, staande biomassa en biodiversiteit.
  2. De niet-hernieuwbare opslag zoals fossiele brandstoffen en mineralen. Traag-hernieuwbaar en niet-hernieuwbaar is daarbij gedefinieerd ten opzichte van de levensduur van menselijke samenlevingen.

Binnen zo'n perspectief van de ‘donorzijde’ is de waarde van een bron gebaseerd op de inspanning, die de natuur moet leveren om deze te genereren en de samenleving om deze te verwerken via een evolutionair proces  van ‘vallen en opstaan’, dat de optimalisatie van een grondstofcyclus verzekert.
De gangbare economische theorieën gaan uit van de waarde in geldtermen: de bereidheid om te betalen. Dat wil zeggen dat dit uitgaat van de waarde aan de ‘gebruikerszijde’.

De op emergie gebaseerde waarde is gebaseerd op en staat in relatie tot de hoeveelheid primaire bronnen, geïnvesteerd door de natuur voor duurzame opwekking en kringlopen.

Een emergieboekhouding houdt de instroom van hulpmiddelen bij, wijst aan de leveringszijde kwaliteitsfactoren toe op basis van hun rol en kosten binnen de milieudynamiek en genereert prestatie-indicatoren, die economische prestaties, beschikbaarheid van hulpbronnen, milieu-integriteit en eindproducten aan elkaar koppelen. Hiermee kunnen totaalafwegingen worden gemaakt, zoals

  • lokale hulpbronnen tegenover hulpbronnen van buiten,
  • hernieuwbare tegenover niet-hernieuwbare,
  • efficiënte tegenover inefficiënte,
  • diffuse tegenover geconcentreerde,
  • een op grondstof gebaseerde tegenover een monetair gebaseerde handelsbalans,
  • statische tegenover dynamische en nog andere.

Odum(1988 en 1996) wees erop dat menselijke samenlevingen zich voeden met het opnemen van natuurlijk kapitaal en dat ze verschillende soorten van ecosysteemdiensten gebruiken. Hij identificeert natuurlijk kapitaal en ecosysteemdiensten als de echte bron van rijkdom als alternatief voor en aanvulling op de heersende overtuiging, dat alleen arbeid en economisch kapitaal zo'n bron kunnen zijn.
Traditionele energie of economische analyses houden meestal geen rekening met inputs, die ze niet kunnen beoordelen op een monetaire- of energiebasis. Alleen monetaire waarde wordt door de markt erkend, maar economieën leunen op zeer grote input uit het milieu.
Als aan deze inputs geen juiste waarde wordt toegekend, kan misbruik van hulpmiddelen volgen en kunnen toekomstperspectieven voor het systeem niet worden bepaald.

Emergie pleit voor een ander concept van waarde, geworteld in de productiekosten van hulpbronnen door de natuur, de inspanning die de natuur toont om hulpbronnen te genereren, ten gunste van een veel grotere groep gebruikers: alle soorten op Aarde, niet alleen mensen in de marktplaats.
Het maximaliseren van marktwaarde in de ogen van de mens brengt de overlevingspatronen voor andere soorten in het gedrang. Emergie eist optimalisatie, niet maximalisatie.
Natuurlijke processen zijn geselecteerd over lange biologische termijnen en hebben hun gebruiksgraad afgestemd overeenkomstig de beschikbare stroom van hulpmiddelen.

Helaas hebben menselijke samenlevingen na de ontdekking van fossiele energie geleerd hoe ze hulpbronnen in een hoger tempo kunnen exploiteren dan zij worden vervangen. Dit roept het probleem op van hun duurzaamheid ten opzichte van de draagkracht en de beschikbare opslagmogelijkheden van de biosfeer.

De totale emergie die een proces drijft is een maat voor de zelforganisatie-activiteit van de planeet. Een dergelijke maat verschaft de maximaal toegestane grootte voor de groei van het systeem. Ze vertegenwoordigt dus de bovengrens aan de draagkracht van de biosfeer.

Het is voor de mens moeilijk om maatschappelijke cycli, waarvan wij deel uitmaken, te herkennen. Die worden namelijk gekenmerkt door een lange golflengte.
In plaats daarvan identificeren we gemakkelijk de kortere cyclus van ecosystemen.
Degrowth en optimalisatie van grondstoffen worden correct aangepakt door de emergiemethode vanwege haar focus op belichaamde tijd en kwaliteit.